Op de vijfde zondag in de Veertigdagentijd zetten we onze reis op weg naar Pasen voort met Maria, de moeder van Jezus. In het ene evangelie wordt zij meerdere keren bij name genoemd, in andere evangeliën is ze bijna onzichtbaar. Toch heeft ze met name in de katholieke traditie een belangrijke plek ingenomen in het geloofsleven. In de protestantse traditie komt ze eigenlijk alleen in beeld rond de dagen van kerst en soms op Goede Vrijdag wanneer wordt gelezen dat zij bij het kruis staat, samen met een van de discipelen.
In de viering van 6 april lezen we drie fragmenten uit het Lucas evangelie. We laten haar zelf aan het woord wanneer we het loflied van Maria laten klinken en blikken nog even terug op de ontmoeting tussen Maria en de herders. Vervolgens verwijlen we enige tijd bij Maria en haar andere zoons wanneer zij buiten staan te wachten, terwijl Jezus in gelijkenissen spreekt over het koninkrijk van God, en zijn verwanten buiten laat staan. Wat gebeurt er met Maria op dat moment; was dat het moment waarop Maria de woorden die zij al die jaren had bewaard in haar hart werkelijk kon toelaten? Was dat het moment waarop de woorden van haar loflied, werkelijk tot haar, en tot de wereld doordringen?
We proberen Maria tevoorschijn te luisteren en misschien herkennen we iets van haar weg in ons eigen bestaan. De overweging tijdens deze viering wordt gehouden door pastor Jolanda Tuma.
De voorbereidingsgroep, Jolanda Tuma, Corrie van der Zee en Frouktje Zuiderveld