Voor de dienst liep ik wat rond in de Martinikerk. Iemand spreekt mij aan: “Waarom staat er een davidsster op het voorhangsel van het katheder?” Een toerist die even de kerk bekeek. Ik wist niet anders te bedenken dan dat jodendom en christendom nogal verwant zijn.
Dagen later bedacht ik dat we in de adventstijd uitzien naar de ster van Bethlehem, en schaamde me dat ik dat niet had gezegd. Die ster van Bethlehem, Jezus. Hij sprak altijd met liefde, en over recht en vrede, welk probleem hem ook werd voorgelegd. Vol respect voor God, voor de mens en voor de aarde. En zo leefde hij ook. Zo’n mens kun je bewonderen, zelfs al zou je niet geloven in een God die niemand ooit heeft gezien.
In de kersttijd branden in veel huizen lichtjes, omdat mensen zoeken naar licht en liefde. Mensen van goede wil, die omzien naar de ander, net als Jezus. Laten we bidden, hopen, verwachten, en zien dat veel mensen, gelovig of niet, goede dingen doen. Zoals Jezus deed.
Gelukkig Nieuwjaar.