Nederland is al tachtig jaar bevrijd

Bevrijdingsdag

2 mei 2025 | Essay

Al tachtig jaar is de vijfde mei onze nationale Bevrijdingsdag. Dan wordt gevierd dat Nederland van de Duitse bezetting is bevrijd. Ieder land viert wel een bevrijdingsdag. Zo heeft de Grote Zwetser die in het Witte Huis woont bedacht dat de dag waarop voor alle import van zijn land voortaan heffingen gelden zodat de VS niet meer oneerlijk door andere landen worden behandeld, als de echte Bevrijdingsdag van de VS zal worden aangemerkt.

Pieter Bootsma

Lang niet iedereen zal zich in staat voelen de vijfde mei te vieren. Daar herinnert ‘Als de Woestijnreis nieuw begint’, een gedicht van Marten van der Zwaag, ons aan: “Ik zou met man en macht de vrijheid vieren / maar ’t feest schuilt achter een gebroken raam / en achter deuren met een reeks van kieren; / achter het verdriet van een verloren naam.” Het gedicht doet herinneren aan de bewoners van de Folkingestraat, ooit centrum van Joods leven in onze stad.

                                      “Míjn gevoel van bevrijding kwam pas op 9 november 1989”

Wat mijzelf betreft, ik was net vier jaar en van de Bevrijding herinner ik me alleen dat enkele militaire voertuigen, bezet met wuivende soldaten, langs ons dorp reden en met gejuich door de mensen die langs de weg stonden werden begroet. Pas in later jaren begreep ik beter waarvan ik getuige was geweest. Míjn gevoel van bevrijding kwam pas op 9 november 1989, toen bewoners van de DDR over en door de gaten in de Berlijnse muur vrolijk en verwachtingsvol naar West-Berlijn liepen. Ook ik was vrolijk en voelde me bevrijd.

Canadese soldaten in Groningen (Paterswoldseweg, zicht op Niemeyerfabriek), april 1945. Foto: Public Archives Canada | Beeldbank Groningen, Wikimedia Commons.

De Koude Oorlog

Meer dan veertig jaar hebben wij – Europeanen – verlangd naar een Europa waarin je vrij kon bewegen. Dat begon al op 9 januari 1946, toen Stalin in het Bolshoi-theater in Moskou verklaarde dat een duurzame vrede tussen de communistische en de kapitalistische wereld onmogelijk was. Een maand later muntte Churchill het begrip ‘ijzeren gordijn’ als de typering van de grens die dwars door Europa liep en Oost en West van elkaar scheidde. Aan de grens heerste een gewapende vrede, de Koude Oorlog.

Beelden van een verdeeld Berlijn, gemaakt door de CIA op 22 december 1961, Wikimedia Commons

We waren bang voor elkaar. In Nederland ging het meeste geld van de staat naar het departement van Oorlog. En de dienstplicht dwong het mannelijk deel van de bevolking twee jaar van hun leven beschikbaar te houden voor het vaderland. Niet in het minst groeide onze angst omdat West en Oost zich tot de strijd hadden aangegord met het kernwapen. De VS hadden in 1945 al blijk gegeven over het wapen te beschikken met ‘Hiroshima’, de Sovjet-Unie volgde in 1949.

De Bom en de scenario’s

Wat zou er van onze aarde overblijven als door een technisch mankement de atoombom uit onze handen zou vallen, of als we elkaar daadwerkelijk met het wapen te lijf zouden gaan? Begin jaren zestig bezocht ik wekelijks de bioscoop. Het waren mijn studentenjaren en al die films voedden ons onderling discours.

In 1964 zagen we de zwarte komedie van Stanley Kubrick: Dr. Strangelove or: How I Learned to Stop Worrying and Love the Bomb. Een dolzinnige Amerikaanse generaal die de fluorisering van het drinkwater als een communistisch complot ziet dat de menselijke voortplanting bedreigt, besluit de van kernbommen voorziene Amerikaanse vliegtuigen naar Rusland te sturen. Daarop roept de president de vliegtuigen terug, maar bij een van de vliegtuigen lukt dat niet. Als hij zijn Russische tegenpool hiervan in kennis stelt, bekent die hem dat de Sovjet-Unie net een Doomsday-machine heeft ontwikkeld die de aarde vernietigt als ook maar één kernbom op Russisch grondgebied valt. We zien de raket met de bom, bereden door een juichende generaal, naar de aarde vertrekken. De film raakt een open zenuw: een onvoorzien incident leidt tot een onbeheersbare situatie.

Filmposter van Dr Strangelove, 1964

Het scenario leek op de Cubacrisis van 1962: De communistische leiders van Cuba en Rusland, Fidel Castro en Chroesjtsjov, komen de vestiging op Cuba van een basis voor raketten met kernbomkoppen overeen, een grote bedreiging voor het nabije Amerika. De schepen met de kernwapens zijn al onderweg naar Cuba als Amerika de installatie in aanbouw ontdekt. Het antwoord van de VS is een blokkade van de Cubaanse havens. De wereld houdt de adem in als de Russen de blokkade naderen. Dan ontvangt president Kennedy een telegram van Chroesjtsjov waarin hij de situatie beschrijft in termen van twee touwtrekkers die de knoop in het touw steeds strakker aantrekken. Hij suggereert de knoop te ontwarren. En de schepen keren om. De crisis kreeg een positief vervolg: tussen Witte Huis en Kremlin werd een directe telefoonverbinding aangelegd en de bovengrondse kernproeven werden gestaakt.

Een gevechtsvliegtuig van de Amerikaanse marine vliegt over een Sovjet-vrachtschip dat kernraketten vervoert, 1962. Foto: United States Navy

Van SS-20 en Kruisraket

De détente die intrad tussen West en Oost zou tijdelijk blijken. In 1976 begint de Sovjet-Unie met de plaatsing van een middellange afstandsraket, de SS-20, gericht op West-Europa. Het is de Duitse bondskanselier die om tegenactie vraagt: zou daarzonder Europa wel verzekerd zijn van de toepassing van artikel 5 van het NAVO-verdrag in geval van een Russische aanval? Dat leidt tot het befaamde NAVO-dubbelbesluit. In West-Europa zullen 572 kruisraketten worden geplaatst, tenzij ondertussen onderhandelingen met de Russen uiterlijk in 1983 zouden hebben geleid tot het Russische besluit de raketten te verwijderen.

Dan blijkt de weerstand van de bevolking tegen de kernbewapening. Nergens is die zo heftig als in Nederland. Het zal met name het IKV zijn met de talentvolle Mient Jan Faber dat de kar van het verzet trekt. In november 1981 wordt te Amsterdam door 400 000 mensen gedemonstreerd tegen de plaatsing van de raketten. De tegenstelling over het wel of niet plaatsen splijt kerkelijke gemeenten en parochies, ja het hele land. Minister-president Lubbers zet zich in om het land bijeen te houden door het bedenken van allerlei niet-plaatsingsvarianten in Nederland in ruil voor terugtrekkingsvarianten in Rusland. Maar aan plaatsing van 48 NAVO-kruisraketten te Woensdrecht valt in 1985 niet meer te ontkomen: de Sovjets hadden niet gehapt. Nog één keer loopt het volk te hoop, in nog grotere getale dan in 1981: het Komitee Kruisraketten Nee organiseert een volkspetitionnement dat 3.700.000 handtekeningen verzamelt tegen de plaatsing en 540 000 deelnemers trekken in 1985 naar de Houtrusthallen te Den Haag en keren de minister-president massaal de rug toe als hij vermeldt dat en verklaart waarom het plaatsingsbesluit door de regering is genomen.

Antikernwapendemonstratie in Den Haag (550 duizend deelnemers), 29 oktober 1983. Foto: Marcel Antonisse | Anefo, Wikimedia Commons.

Toch komen de 48 raketten niet in Woensdrecht. Rusland krijgt in 1985 een nieuwe machthebber, Gorbatsjov, later in het Westen liefkozend Gorbi genoemd, de man van de glasnost en de perestrojka. De Sovjet-Unie is economisch volledig vastgelopen en hij ziet maar één mogelijkheid: het cancelen van de peperdure wapenwedloop. En dat geschiedt, want president Reagan wil verzoening van Oost en West. Op 8 december 1987 besluiten beide heren dat alle op het land geplaatste kernraketten met een bereik tussen 500 en 5500 kilometer worden verboden. Nog op dezelfde dag besluit het kabinet tot het stoppen met de voorbereiding van de plaatsing van de 48 raketten. Lubbers ervaart de uitkomst als een genadegave van Boven. Al met al is het een kantelpunt in de Koude Oorlog.

Ten oosten van het IJzeren Gordijn

Een tweede kantelpunt volgt twee jaar later en weer is het Gorbatsjov die er een aandeel in heeft. Het IJzeren Gordijn kent een gat, dat vanaf 13 augustus 1960 wordt gedicht door de aanleg van de Muur. Het vormt het antwoord op de dreigende leegloop van de DDR. Ontsnappen aan de wereld waar de karwats van de Sovjets knalt is alleen mogelijk als je veel risico neemt. Verschillende Oost-Europese landen komen te eniger tijd in opstand tegen dit regime: de DDR in 1953, Polen (Poznań) in 1956, Hongarije in 1956 en Tsjecho-Slowakije in 1968.

                                    “De kogels vliegen me tot in de huiskamer om de oren”

Geen van deze opstanden maakte meer emoties los dan die in Hongarije. Ik ben dan een jongen van vijftien en lig in de eerste dagen van november aan de radio gekluisterd naar Alfred van Sprang te luisteren die ooggetuigenverslag doet van het optreden van de Russische troepen in de straten van Boedapest. De kogels vliegen me tot in de huiskamer om de oren. De opstandige premier van Hongarije, Imre Nagy, wordt door de Russen gepakt en afgevoerd naar Rusland, waar hij zal worden opgehangen. ‘Hongarije’ is het absolute dieptepunt in de Koude Oorlog. De wanhopige oproepen der Hongaren aan het Westen om hulp blijven zonder antwoord uit vrees voor oorlog.

Anticommunistische Hongaarse revolutionairen staan tussen de beschadigde gebouwen in Boedapest, November 1956. Foto: Jack Metzger | ETH-Bibliothek, Wikimedia Commons, CC BY-SA 4.0.

In de jaren tachtig wordt het politieke klimaat in Oost-Europa milder. Dan dreigt in 1987 de leegloop van de DDR weer te worden hervat, de Oost-Duitsers reizen via Tsjecho-Slowakije en Hongarije naar West-Duitsland, beide landen houden ze niet meer tegen. Gorbatsjov weigert de DDR te hulp te schieten: de tijd van de Russische interventie in geval van een opstand is voorbij. De Muur valt op de negende november 1987 en het IJzeren Gordijn verdwijnt, de communistische regimes in Oost-Europa storten in en in 1991 wordt de Sovjet-Unie opgeheven. Het is het einde van de Koude Oorlog.

Val van de Muur, 9 november 1989. Foto: Raphaël Thiémard, CC BY-SA 2.0, Wikimedia Commons.

De hoopvolle tijd (1989-2007)

Dan volgen de jaren van ontspanning. We besteden minder geld aan defensie, onze wapenrusting wordt verkocht of opgeborgen en in 1996 vervalt de opkomstplicht in ons land. Menige vakantiereis gaat, nieuwsgierig als mijn vrouw en ik zijn naar deze voor ons nieuwe wereld, naar Midden- en Oost-Europa. De toetreding van deze landen tot de EU is een hoogtepunt. In 2000 treedt een nieuwe machthebber in Rusland aan: Wladimir Poetin is de naam en hij spreekt in 2001 in de Duitse Bondsdag over onze gedeelde, universele waarden. Onze toekomst is zonnig.

                                                 “Menige vakantiereis gaat, nieuwsgierig als mijn vrouw en ik zijn naar deze voor ons nieuwe wereld, naar Midden- en Oost-Europa”

Nooit weer in oorlog?

Maar als Poetin in 2007 weer in Duitsland spreekt, in München, klinkt hij heel anders: geen universele waarden meer, maar een aanklacht tegen het Westen. Poetin zal zich gaan richten op het heroveren van de macht die Rusland had ten tijde van de Sovjet-Unie. Hij wil revanche voor de gebeurtenissen van 1991 en alle Russischsprekende volken herenigen onder Russisch regime. Oekraïne wordt het voornaamste slachtoffer. Vanaf 2014 beginnen de aanvallen op dit land die in 2022 overgaan in een volbloed oorlog. De landen van de Europese Unie verlenen aan Oekraïne steun, niet in het minst omdat de verovering van Oekraïne Rusland ertoe zou kunnen brengen de aanval op landen van de EU in te zetten. Net als in de jaren vijftig en zestig bereiden we ons weer voor op oorlog, want dat is immers de beste manier om onze vrede te waarborgen.

Si vis pacem, para bellum!

Pieter Bootsma
De Hongaarse Revolutie, 1956. Foto: Jack Metzger