Geloven is als dauw

21 maart 2025 | Essay

De 34-jarige en ongeneeslijk zieke Lieke Marsman schrijft in haar nieuwste boek over God. Zonder taboe en met poëzie geeft ze woorden aan onuitsprekelijke ervaringen.

Ds. Hilde Boekeloo, geestelijk verzorger Martini Ziekenhuis

De lente ontluikt. Licht en bloemknoppen breken door. Een bijzondere ervaring, elk jaargetijde opnieuw. Dit jaar werd ik er, tot mijn grote verbazing, door verrast. Ik had niet gedacht dat dat nog kon. Na al die weken van bewust uitzien naar minder kou en donkerheid, diende het zich ineens aan en werd ik er toch door overvallen.

Misschien kwam dit overvallen worden ook door de voorjaarsvakantie, die ik doorbracht in de ijzige kou van Denemarken. De weersomstandigheden hadden me ook daar verrast. Of misschien is betoverd een beter woord. De combinatie van felle zon, zeewind en vrieskou maakte de gevoelstemperatuur bijzonder aangenaam. De branding was bedekt met een knisperende laag ijs en rijp lag als een witte deken over de duinen heen. Alles in en om me heen zei: dit meemaken is uniek. Maar de buitengewoonheid van deze ervaring laat zich niet vangen. De foto’s en omschrijving zijn mooi, maar daar is alles mee gezegd.

In haar boek Op een andere planeet kunnen ze me redden schrijft Lieke Marsman over haar ervaringen in de omgang met uitgezaaide kanker. Ik moet het lezen in kleine porties, zo diep, raak, rauw en eerlijk is het. ‘Onttoverd. Zo voel ik mij,’ schrijft ze, na het horen van haar diagnose. Het tegenovergestelde van mijn ervaring in de Deense duinen.

Tegelijkertijd schrijft Marsman over blikverruiming. Jezelf toestaan om verder te kijken. Verder dan haar atheïstische inslag tot voor kort reikte. Ze zoekt woorden voor haar nieuwe werkelijkheid. Naar een wereldbeeld waarin ook de heftige ervaringen, die ze heeft doorgemaakt of nog gaat doormaken, een plek krijgen. Daarbij gaat zij te rade bij andere denkers en schrijvers. Zo citeert ze Christian Wiman, uit Mijn heldere afgrond:

“Geloven gaat steels, het overkomt je als dauw: op sommige dagen word je wakker en daar is het. En net als dauw brandt het op in de opgaande zon van de onrust, ambities, afleiding.”

 

Ook dit citaat raakt me. Het geeft woorden aan het witte, glinsterende laagje dat me zo trof in Denemarken. Het laat zich vatten in geloofstaal. Dauw in de duinen als manna in de woestijn; voedsel voor de ziel.

 

Het citaat geeft ook weer hoe kwetsbaar een buitengewone, gelovige of religieuze ervaring is. En andersom net zo goed: hoe buitengewoon het kwetsbare is. Doorgaans niet te vangen in woord en beeld, een enkeling als Marsman, die het wel lukt, daargelaten.

 

Mijn wens? Dat deze veertig dagen een oefening mogen zijn in kijken. Dat je dauwdruppels mag ervaren, die anders zo makkelijk te missen zijn. Vluchtig verrassend, voedend en verkwikkend.

Ds. Hilde Boekeloo, geestelijk verzorger Martini Ziekenhuis
Foto: Hilde Boekeloo