Esmé van den Boom (1993) is van januari 2024 tot januari 2026 stadsdichter van Groningen. Vorig jaar leerde ik Esmé kennen tijdens Dichter bij de Oosterparkwijk, een poëziemiddag waar bekende en minder bekende dichters voordroegen uit eigen werk. Hier werd poëzie op een laagdrempelige manier gepresenteerd aan de wijkbewoners. Ook als stadsdichter wil Esmé poëzie toegankelijker maken en een divers publiek aanspreken. “Ik hoop als stadsdichter zoveel mogelijk Groningers te spreken. Voor hen wil ik gedichten maken. Misschien moet ik oppassen met wat ik zeg, en trek ik nu een heel circus uit de kast, maar ik moedig iedereen aan om mij op de markt aan te spreken.”
Frida van Til
Open blik
Ze groeide op in Wageningen en als elfjarige kwam ze voor het eerst in Groningen. “Wat mij opviel, was de vriendelijkheid, de open houding van de mensen. Het was sinterklaastijd en iedereen was heel toegankelijk. Misschien had het ermee te maken dat ik als kind alleen over straat liep – de stad was autoluw, dus ik mocht alleen.”
Dat ze die open houding nog steeds heeft, ervaart ze bij haar werk in het Forum. “Veel mensen komen hier om gewoon hun verhaal te doen. Soms lijken ze in eerste instantie boos, maar er zit vaak meer achter. Er zijn weinig plekken meer waar je als mens wordt gezien in plaats van wat je oplevert voor de maatschappij, waarin je vaak slechts een radartje bent om een systeem draaiende te houden.” Het Forum vervult bijna de functie van een kerk. “Met het loslaten van rituelen en het verlaten van de kerk, is veel verloren gegaan. Waar moet je nu met je verdriet heen?”
Groot publiek
Dit jaar trad Esmé op tijdens het Bevrijdingsfestival in het Stadspark. Daar werd het gedicht dat ze voordroeg begeleid door een gitarist met een aanstekelijke beat waarop gedanst werd. “Poëzie heeft het slechte imago ontoegankelijk te zijn, moeilijk, maar je kunt het ook zien als een spel, een kunstvorm. Je moet er een beetje moeite voor doen, maar het is niet onmogelijk het te leren.”
Naast haar dichterschap werkt Esmé in het Forum als collectiebeheerder. Dit biedt de mogelijk om ook daar vorm te geven aan het stadsdichterschap. Voor iedereen die kennis wil maken met poëzie, is er elke tweede woensdag van de maand een Stadsdichtersessie. Lokale talenten en grote namen dragen voor in eigen stijl. Esmé bereidt de avonden voor met elke maand andere dichters. Samen gaan ze in gesprek over literatuur en poëzie om dit vervolgens naar buiten te brengen door op te treden voor publiek.
Interpretatie
Esmé benadrukt de kracht van gedichten en literatuur. “In een complexe wereld helpen verhalen om te ordenen. In gedichten klinken vaak meerdere stemmen. Je hoeft het niet met iedereen eens te zijn, als je maar luistert en een poging doet tot begrijpen. Zelfs desinformatie komt ergens vandaan. Ik geloof dat het lezen van gedichten je kan leren om nieuwsgierig, zorgvuldig en geduldig te zijn: een gedicht laat zien dat er meerdere interpretaties tegelijk kunnen bestaan. Dat is in deze tijd van polarisatie een groot goed.”
Al pratend komen we op een ander belangrijke functie van literatuur. Sommige onderwerpen liggen gevoelig en het samen lezen van een boek of een gedicht over iets waar je moeilijk over praat of over van mening verschilt kan een veilige manier zijn. “Je leest over een derde persoon en gaat daarover in gesprek. Zo kom je meer over elkaar te weten en kun je vrijer praten.”
Verwondering
Een terugkerend thema in de gedichten van Esmé is het onderzoeken van het vertrouwde. Dit heeft ze van huis uit meegekregen. Haar ouders waren bèta-wetenschappers en haar vader vond dat ze maar geneeskunde moest gaan studeren. Soms dacht ze dat hij gelijk had, want: wat hebben mensen in tijden van crisis aan literatuur? Inmiddels denkt ze daar anders over. Gedichten en kunst zijn het ultieme middel om vragen te stellen bij het vertrouwde. Ze leren je er met een frisse blik naar te kijken, ze kunnen je wakker schudden of juist vervreemding opwekken. “Bizar bijvoorbeeld, als je kijkt naar wat er elke dag in Gaza gebeurt. Als je dit tot je door laat dringen… dat dit maar doorgaat. Het is een kleine stap om te denken: laat maar, het helpt toch niet. En dan toch opstaan, en vragen stellen en beseffen wat er gaande is.”
Hieronder het gedicht dat Esmé schreef voor het Bevrijdingsfestival en dat me erg deed denken aan ‘De zachte krachten zullen zeker winnen’ van Henriëtte Roland Holst.
VrijheidsgedichtLaat de diepe bas door je bekken rollen Je weet hoe menselijk, je weet hoe vrij je bent en tegelijkertijd weet je: Laat de diepe bas door je bekken rollen De golf, dat ben jij niet alleen, de dans is pas compleet – Esmé van den Boom, voor het Bevrijdingsfestival |