Vandaag, op de verschijningsdatum van dit magazine, is het Wereldboekendag. Dat wist ik niet; dat heb ik opgezocht. Op het internet vind je hele kalenders met ‘dagen van dit en dat, zus en zo’, en alleen al de maand april blijkt op die manier 72 dagen te hebben. Twee-en-zeventig! Toen ik dat zag, wilde ik een nieuwe verjaardagskalender, waar ook al deze dagen op kunnen staan. Want zoiets onthoud je nooit allemaal, zeker niet als je al moeite hebt om je je eigen trouwdatum te herinneren.
Met 72 ‘dagen van’ in één maand is het trouwens ook al niet zo dat het vandaag alleen maar Wereldboekendag is; op de kalender staan voor 23 april ook de dag van het Duitse bier en de Engelse taal, om er nog maar eens twee te noemen. En dan ken ik ook nog minstens twee mensen die vandaag jarig zijn.
Een van de vaakst gehoorde reacties als je zegt dat het vandaag de dag van dit of dat is, is de vraag: ‘Maar moet het niet elke dag de dag van dit of dat zijn?’ Zeker als het om boeken (of om bijvoorbeeld Pasen) gaat, vind ik dat best een terechte vraag. Je moet er toch niet aan denken dat er maar één dag per jaar aandacht voor boeken is, of zelfs maar voor één boek. Aan de andere kant vind ik één dag van het Duitse bier al flink veel – dat kan best eens per vijf jaar gevierd worden – en is er dan ook een dag van bier uit andere landen?
Maar vandaag dus ook Wereldboekendag. Dat schijnt samen te hangen met de sterfdag van zowel Miguel de Cervantes (die van Don Quichot) als William Shakespeare (‘To be, or not to be…’). Het grappige daarbij is ook nog eens dat juist in het land van Shakespeare een andere dag van het boek wordt gevierd. Dat kwam beter uit in verband met Pasen en schoolvakanties, luidt de verklaring.
Wereldboekendag; als ik aan een wereldboek denk, kom ik al snel uit bij de boeken van de wereldgodsdiensten, in ons geval de Bijbel. Ik kan er niet omheen dat dat het boek is dat ik in mijn leven het vaakst ter hand heb genomen. En dan bedoel ik niet om iemand ermee om de oren te slaan, maar om te lezen hoe het ook al weer zit tussen God en mensen. Ik kan hele stukken uit de bijbelvertaling van 1951 letterlijk citeren, maar dat wil nog niet zeggen dat ik het hele boek (of eigenlijk: die hele stapel boeken) uit mijn hoofd ken. Er valt nog steeds veel in te ontdekken, bijvoorbeeld als je meerdere vertalingen tot je beschikking hebt, maar zeker naarmate ik ouder word en meer levenservaring heb om aan de verhalen te spiegelen.
Want dat spiegelen is een van de belangrijkste redenen waarom ik de Bijbel en ook andere boeken en verhalen lees: ik ontdek hoe andere mensen hun leven ervaren. Daar valt veel van te leren, ook over mijzelf. Elke dag weer.