Het evangelie van Matteüs begint met de afkomst van Jezus Christus, zoon van David, zoon van Abraham. Het lijkt vreemd om een bijbelboek, ja, om het hele Nieuwe Testament te beginnen met een rij namen, om al die namen van Abraham tot aan Jezus meteen als eerste te noemen. Of is het misschien toch de enige goede manier om het Nieuwe Testament te beginnen? We gaan in op een handvol namen uit de rij: vijf bijzondere vrouwen. In dit nummer: Batseba.
In de namenlijst van Matteüs staat het zo: “David verwekte Salomo bij de vrouw van Uria.” Er staat dus niet: ‘bij Batseba’, nee, er staat: ‘bij de vrouw van Uria’. En dat is geen toeval. Na Tamar, Rachab en Ruth is Batseba de vierde vrouw in de namenlijst en ook zij heeft een bijzonder verhaal.
Batseba was de vrouw van een ander, van Uria; David wist dat en daarom moest die ander weg. In de tekst van Matteüs is daarom nog altijd te zien dat er een fout gemaakt is en misschien staat er tegelijk dat na een fout het leven weer door mag, dat fouten bij het leven horen. En dus gaat de namenlijst hierna gewoon door met: “Salomo verwekte Rechabeam.”
Het verhaal van David en Batseba wordt uitgebreid verteld in 2 Samuël 11 tot aan hoofdstuk 12 vers 25. Ineens is David geen jonge kerel meer die vecht tegen de vijanden van de HEER, nee, hij is meer een lafaard die de ene domme daad op de andere stapelt. Het is een soort ‘zondeval’, het begin van een hele reeks ellende voor hem en zijn familie.
En wat wordt ook dit verhaal in geuren en kleuren beschreven! Het is voorjaar en het is oorlogstijd, maar al is zijn leger op pad, David zelf is thuisgebleven: na zijn middagslaap kuiert hij wat op en neer over het platte dak van zijn paleis. En dan komt Batseba in beeld, ze wast zich want ze is net ongesteld geweest en ‘ze was heel mooi om te zien’. Zo zonder kleren doet ze haar naam eer aan; haar naam betekent zoiets als de welige, de dochter van overvloed.
De thuisblijver David is in dit verhaal geen held, nee, wanneer Batseba van hem in verwachting raakt, probeert David het zo te draaien dat het kind van haar eigen man Uria is. Dat kind komt te overlijden, de dappere Uria wordt de dood ingejaagd en David en Batseba? “David verwekte Salomo bij de vrouw van Uria.” Zo staat het bij Matteüs opgeschreven.
De geschiedenis, de namenlijst gaat door. Na de zonde en na de straf mag de geschiedenis, mag de namenlijst doorgaan.