Horen naar de Nederlandse gebarentaal

Wij spraken af in het doventrefpunt van Groningen, aan de Munnekeholm nummer 4. Een van die plekken waar je als argeloze horende voorbijganger gehaast aan voorbij gaat. Hier geen rumoerige muziek – doven horen natuurlijk niet. Ideale plek om dit interview af te nemen. Martin Visser, predikant namens de Christelijke Gereformeerde Kerk in het samenwerkingsverband van PKN, NGK en CGK, van de doven in Noordoost Nederland, en Henk Betten, van geboorte af aan doof, en een tolk Nederlandse gebarentaal waren aanwezig. Ik stapte een voor mij toch onbekende, geheel eigen wereld in. En kwam te weten dat ik eigenlijk niets wist. Dat is altijd goed voor een nieuwsgierige, journalistieke blik. En een luisterend oor, als ik zo vrij mag zijn…

Reinder de Jager
Henk Betten, persbericht
Henk Betten

Die Henk Betten – zijn naam had toch een belletje moeten laten rinkelen. Hij is een collega-schrijver, in de tachtig, kerkganger van De Fontein, die diverse publicaties over de wereld van de doven het licht heeft doen zien. Voor mij ligt zijn boek uit 2015, het levensverhaal over de stichter van het doveninstituut Guyot, Henri Daniël Guyot.

Als autodidact-historicus verdiepte Henk zich in dat leven, en Guyot mag in Nederland wel de grondlegger en inspirator van de Nederlandse gebarentaal genoemd worden. Een Nederlandse gebarentaal, die tot de jaren tachtig van de vorige eeuw niet actief gepromoot mocht worden. Kinderen in doveninstituten moesten tot die tijd maar leren liplezen en leren spreken. Mij kwam het voor als onderdrukking van een levende taal door de macht – geen Oekraïens in de scholen, alleen Russisch…

Henk Betten heeft als kleuter die Nederlandse gebarentaal geleerd van leeftijdgenoten – maar officieel gebruiken mocht hij die niet. Ik dacht aan Groningers die thuis dialect spraken, maar op school ABN moesten spreken. Mijn eigen vader die sprak voortreffelijk Nederlands, maar kwam hij bij zijn broer in Borger, dan kwam de Saksische moedertaal toch naar boven.

In de jaren tachtig van de vorige eeuw veranderde die kijk op Nederlandse gebarentaal, en nu is die erkend als native language, moedertaal voor menig dove. Ds. Martin Visser vertelt: “Ik had een oom die doof was. Daarom hebben mijn vrouw en ik op een gegeven moment Nederlandse gebarentaal geleerd, en ik kwam erachter dat ik dat wel in me had: met gebaren, lichaamshouding en mimiek mij uitdrukken. Toen die vacature voor dovenpastor langskwam, wist ik dat dit mijn plek was. In een zekere kerkdienst heb ik de zegen in Nederlandse gebarentaal gegeven. Naderhand kwam een vrouw op me af die me vertelde dat ze zich voor het eerst in haar leven geen gast in een kerkdienst van haar eigen gemeente gevoeld heeft, en zich in haar eigen taal gezegend wist. Ze had tranen in haar ogen. Dat is toch waar ik het voor doe – dat mensen zich rechtstreeks aangesproken en gezien voelen.”

En dat is precies waar die vertaling van de Bijbel in Nederlandse gebarentaal over gaat. Je zou denken: doven kunnen toch lezen, dus waar gaat dit over. Maar wij als kerkgangers weten ook wel: lezen is iets anders dan het Woord horen. Dat geldt ook voor doven: in je eigen taal! Dat raakt het hart toch meer.

Mijn nieuwsgierigheid was gewekt. Zag ik doven tot nu toe als mensen met een defect, een handicap, moest ik ze misschien gewoon erkennen als inwoners van een ander land, waarvan ik de taal niet sprak – afgezien van het woord voor koffie, dat in dit café natuurlijk wezenlijk was.

Ik vroeg naar de status van dit vertaalproject – de bijbel vertalen in Nederlandse gebarentaal. Dat viel me wat tegen. Het was zeker vijftien jaar geleden begonnen met vrijwilligers, en het evangelie van Marcus was het eerste begin. Nu hadden ze dit jaar een flinke projectsubsidie gekregen van Wycliffe Bijbelvertalers – en nu kunnen vijf vertalers twee dagen in de week aan de slag. Maar ze zijn nu nog maar aanbeland bij Marcus – dus snel gaat het niet, en concreet kunnen ze nog geen resultaat laten zien. Doel is om de hele Bijbel uiteindelijk in een app en op een website in Nederlandse gebarentaal te laten zien.

Ik had gehoopt dat het wat verder was, en ik een staaltje kon laten zien. Dat kan ik alleen van de Amerikaanse nevenknie, die wel al klaar is. En dat betekent ook, dat wat meer geld de boel zou kunnen versnellen. Arbeidsintensief werk, dat Gods woord verder brengt. In het kader leest u hoe u hieraan kunt bijdragen.

Die vreemde taal: soms leek het wel Latijn – zonder lidwoorden, zonder werkwoorden als ‘zijn’ en ‘worden’. Taal tot essentie teruggebracht.

Ik vroeg: “Hoe breng je abstracte termen als Geloof, Hoop en Liefde in Nederlandse gebarentaal tot uitdrukking?” Dat was allang uitgedacht. Geloof een gebaar vanuit boven. Hoop een lichaamshouding. Liefde vanuit het hart.

Ds. Martin Visser vertelde dat er wel aparte problemen waren als je God sprekend moest opvoeren – in Marcus bijvoorbeeld bij de doop van Johannes. Die directe Godsrede – hoe doe je dat met respect en eerbiedig. Laat je een mens die rol vervullen? Het is hen wonderwel gelukt om dat te doen.

Die Bijbelvertaling in een andere taal, geen Swahili, maar Nederlandse gebarentaal – Ik geef het u te doen. Draag bij, zou ik zeggen!

U kunt een bijdragen storten op rekeningnummer NL86 INGB 0006 2636 05 t.n.v. stichting Bijbel NGT. De stichting heeft het ANBI-keurmerk.

Op de website https://www.deafmissions.com/ is de Bijbel in American Sign Language te vinden, evenals in de app van Deaf Missions.

Kerk en Samenleving16 - Martin Visser
Ds. Martin Visser
cover nummer 16

Editie 16 - 2024

Lees meer Bekijk pagina

Schrijf je in voor de nieuwsbrief