Piet Sebens, schilder van visuele poëzie

Het bescheiden atelier van Piet Sebens aan de Kuipersplaats is in lichte en grijze tinten geschilderd en spaarzaam gemeubileerd. Chinese en Japanse keramiek, schaaltjes en kommetjes, potjes, houten doosjes, lakwerk, glas, oriëntaalse poppen en schedels van kleine dieren – ‘dingetjes’, zoals Sebens zijn verzamelde objecten noemt – staan in een volmaakte ordening opgesteld op tafeltjes, op een ladenblok en in kastjes en vitrines die tegen de wanden zijn geplaatst. Alles is in harmonie in zijn stille werkruimte.

 

Pieter Bootsma
Stadjer9 - Piet Sebens
Piet Sebens aan het werk

De ‘dingetjes’ functioneren als objecten in de stillevens die Sebens schildert. Een favoriete vorm van hem is die van de kom: bij het licht op de buitenkant – de bolle vorm – en op de binnenkant van de kom – de holle vorm – is sprake van een omkering. Als het ‘licht-donker’ op de buitenkant van de kom van links naar rechts loopt, zal het op de binnenkant omgekeerd zijn. Hij laat het mij zien met behulp van een prachtig Chinees kommetje dat op zijn schilderijtje een poëtische uitstraling heeft.

Sebens: “Die omkering van het licht kun je heel ruimtelijk, plastisch laten zien op het schilderij. In de loop van de tijd heb ik een kleine verzameling keramiek opgebouwd. Ze staan in het atelier permanent in het zicht. Nu en dan pak ik er een op om te bekijken. Soms krijgt het een plek in een stilleven dat ik schilder. Ik kan eindeloos met de objecten van het stilleven schuiven voor de compositie perfect is. Ik schilder de betrekkingen tussen de objecten. Ze reageren op elkaar, ze beïnvloeden elkaar, zoals de vorm van het object en zijn omgeving – de ‘restvorm’ – dat ook doen en kleuren eveneens betrekkingen met elkaar kunnen aangaan.”

Sebens begint het werk met het schilderen van de onderschildering in acrylverf. “Als ik dan in olieverf verderga en het resultaat mislukt, dan kan ik de olieverf weghalen zonder dat de onderschildering teloorgaat. Soms probeer ik meerdere oplossingen uit voor het resultaat me bevalt. Je bent alleen tussen de vier muren van je atelier en je moet de oplossingen uit jezelf halen. Er zijn dagen dat het heel moeizaam gaat. Gelukkig beleef je ook momenten dat je in een flow zit. Het schilderen is voor mij hard werken en langdurig ploeteren en vraagt een grote concentratie, zoals bij het schilderen van de glanzende glazuren die als een soort van vloeibaar edelsteen over Aziatisch keramiek liggen. Ik krijg weinig cadeau. Met een schilderijtje op A4-formaat ben ik al gauw een maand bezig. Wat ik doe is twintig procent inspiratie en tachtig procent transpiratie.”

Het stilleven trekt volgens Sebens de blik van de kijker naar zich toe. Hij gaat er aandachtig naar kijken. Dan beklijft het beeld. De aanblik schenkt hem rust zodat hij ten slotte voldaan zijn blik af kan wenden.

“Met een schilderijtje op A4-formaat ben ik al gauw een maand bezig.”

Frisheid
“Al jarenlang schilder ik met nog een paar collega’s model. Het moet in drie uur op het doek staan. De volgende dag is het model niet meer aanwezig. Wat je schildert moet in één keer goed zijn. Dat is dus heel wat anders dan het eindeloos schaven en prutsen aan het stilleven. Met het schilderen ‘en plein air’ heb je hetzelfde: na drie uur verandert het licht en moet je stoppen. Eventueel kun je op een andere dag, als de omstandigheden dezelfde zijn, naar je plek terugkeren om het werk af te maken.”

Hij trekt er de laatste jaren met een groepje schilders op uit in de natuur tijdens werkvakanties in Frankrijk. Ze maken een aantal wandelingen, ieder op zoek naar een mooie locatie om te schilderen. Het eerste wat hij doet is zijn meegebrachte rechthoekige linealen over elkaar schuiven om een kijkvlak te creëren waardoor hij het landschap bepaalt dat hij wil schilderen Wat hem aantrekt in de snelle manier van werken is de frisheid, de warmte van het resultaat. Niet alles is perfect. Het schilderachtige komt beter tevoorschijn door de grovere toets.

Inspirerende schilders
"We woonden aan de Nassaulaan. Als kind was ik druk met het in elkaar plakken van modelvliegtuigjes en verzamelde al allerlei ‘spulletjes’, zoals ik dat toen noemde. Op het Gomarus College werd tekenen het vak dat mijn meeste belangstelling trok dankzij een inspirerende leraar. Ik kon trouwens ook niet veel anders dan tekenen en dus ging ik na de middelbare school naar Academie Minerva.

"Je denkt misschien dat ik als braaf gereformeerd jongetje Henk Helmantel bewonderde, maar zijn werk vond ik maar saai. Ik vond het werk van docent Matthijs Röling heel bijzonder. Maar helaas, hij werkte niet aan de door mij bezochte lerarenopleiding. Ik vind zijn grote figuurstuk van de docenten in de hal van Minerva die hij vanaf hoogte schilderde fantastisch. Voor mij staat Vermeer op één. Ik houd niet van Rothko. De bewieroking van zijn werk vind ik onbegrijpelijk. Als het dan toch abstract moet, kijk ik liever naar Paul Klee.

“Waar ik ook altijd met bewondering naar kijk is naar het werk van A.W. Kort. Hij woonde bij ons om de hoek aan de Prinsesseweg. Dat wist ik niet en het heeft me altijd gespeten dat ik hem niet heb leren kennen. Wat ik doe, doet hij ook: hij schildert vorm en ‘restvorm’ en onderzoekt hun onderlinge betrekkingen: de scherpe afbeelding aan de ene kant van de voorstelling met ernaast een wazige voorstelling waarbij hij de omtrek van het object vermijdt. Daarmee versmelt de restvorm met de vorm. Ik vind het fijn om ernaar te kijken; het geeft een warm effect. Ik hoop dat er nog eens een overzichtstentoonstelling van zijn werk komt.”

Aan de wand van zijn atelier heeft Sebens een paar schilderstukjes van zijn vroegere buurtgenoot hangen.

Stadjer9 - Kom
Piet Sebens, Kom en doek
Voorkant nummer 9.JPG

Editie 9 - 2024

Lees meer Bekijk pagina

Schrijf je in voor de nieuwsbrief