De dominee begint zijn overweging over de wonderbaarlijke spijziging op een wonderbaarlijke manier. “Waren het nou twaalf of vijf broden?” Wat een vraag, zou je zeggen: vijf broden, twee visjes, twaalf manden over. Vroeger kon je vijfjarigen die de christelijke kleuterschool bezochten ’s nachts wakker maken en dan dreunden ze dat op. Hier vormde een vergissing in een eigengemaakte vertaling van Johannes 6 in de liturgie de aanleiding voor zijn opmerkelijke vraag. Daarin waren plots twaalf broden geslopen. De jeugdige lectrix had het opgemerkt en toch maar even vooraf geïnformeerd of ze dat mocht veranderen in vijf. “U bent rijk gezegend met zo’n lectrix,” aldus de voorganger. Prachtig opgelost.