In de gedachtenisdienst van 30 oktober werden de namen van mensen uit de Pepergasthuisgemeenschap die het afgelopen jaar zijn overleden bijgeschreven op het gedenkdoek. Het is een van de vier ‘Peperdoeken’ die gemaakt zijn door kunstenaar Jan van Loon.
Gedenkdoek
Op dit doek staan namen van overleden Peper-betrokkenen. Het doek is in donkere kleuren gemaakt, met grote mensfiguren. Boven de mensfiguren breekt de lucht open, waar twee duiven rondvliegen. Zij geven ons hoop: de dood is niet het eindpunt. De aan de horizon afgebeelde bergen verwijzen naar Psalm 121. Deze psalm begint met: “Ik hef mijn ogen op naar de bergen: vanwaar zal mijn hulp komen?”
Heilige Geest-doek
Onderaan het doek zijn afwisselend duiven en vlammen afgebeeld, als symbolen van de Geest van God. We kennen nog een ander symbool voor de Geest Gods: water. Stromend water – zoals een waterval – is een metafoor voor wat de Geest doet: het gaat maar door en houdt niet op.
Pelgrimagedoek
In de vijftiende en zestiende eeuw maakten mensen wel pelgrimstochten naar Groningen, vanwege een relikwie in de Martinikerk: een botje van Johannes de doper. In die periode was het Pepergasthuis een echt gasthuis. Pelgrims konden er altijd terecht voor bed, bad en brood. Op deze schildering lopen allerlei mensen via een doolhof naar het kerkje. Vinden zij daar wat zij zoeken? Vanuit de verte komen de wijzen uit het Oosten. Ook zij zien een licht boven het kerkje!
Doopdoek
Op dit doek staan namen van kinderen en volwassenen die hier zijn gedoopt. Op de achtergrond zijn de Griekse letters Alfa en Omega afgebeeld. Zij zijn als twee ringen in een ketting met elkaar verbonden. In het midden staat een kind dat met open hand de doop ontvangt.