Conference of European University Chaplains
Met veel plezier ga ik bijna jaarlijks naar de Europese conferentie van het studentenpastoraat. Elk jaar wordt er een conferentie georganiseerd in een van de Europese landen, een keer in de vier jaar is er een wereldconferentie. Het heeft me de afgelopen jaren onder andere gebracht in Hongarije, Duitsland, Schotland, Ierland, Engeland, Zweden en Finland en dit jaar vindt de conferentie plaats in Denemarken.
Het is inspirerend en bemoedigend om collega’s verspreid over Europa te ontmoeten en te leren kennen en met hen uit te wisselen wat we elk op onze eigen plek tegenkomen in het werken met studenten. We hebben niet zelden een zelfde manier van werken en herkennen ook wat de studenten bezighoudt. De context waarin we werken verschilt wel vaak van elkaar en door het onderlinge gesprek krijg je nog weleens een nieuwe blik op je eigen situatie.
Afgelopen jaar hebben we een boekje uitgebracht waarin de diverse ervaringen zijn opgetekend. Zo hopen we ook collega’s te inspireren om deze conferenties te bezoeken.
Jasja Nottelman, studentenpastor GSp
Oost en West
Europa heeft vele facetten van verbondenheid: geschiedenis, geografie, politieke constructie, enzovoorts. Maar mijn gedachten leiden me naar iets anders: Europa als ideaal. Niet alleen het idee, maar ook de emotie die geassocieerd wordt met het concept ‘Europa’.
Het beschrijven van een emotie is niet voor iedereen weggelegd, daarom denk ik aan de film Blue (1993) uit de ‘Three Colours’-trilogie. De film van de Poolse regisseur Krzysztof Kieślowski was een internationale samenwerking, met in de hoofdrol de Franse actrice Juliette Binoche. In de film wordt een lied gezongen met de titel ‘Song for the Unification of Europe’ (Lied voor de eenwording van Europa’), gecomponeerd door Zbigniew Preisner, als een hymne voor de Europese eenheid na de Koude Oorlog.
Het lied wordt gezongen door een koor, orkest en een solosopraan, en de tekst zijn de originele Griekse woorden van hoofdstuk 13 van de Eerste Brief aan de Korintiërs van de Heilige Apostel Paulus. De compositie roept emotie op door dramatiek, maar ook door de context van de Bijbelse tekst over goddelijke liefde. Ook dragen de herinneringen van generaties uit het ‘Oosten’ bij, die tijdens de Koude Oorlog nooit geloofden dat grenzen ooit zouden verdwijnen. Tot die generaties behoor ik (Roemenië), maar ook Kieślowski en Preisner (Polen).
Europa is voortdurend in verandering. En als ‘geloof, hoop en liefde’ – waarvan ‘de grootste (...) is liefde’ – ons zullen leiden, zullen we mooi kunnen leven: in ons Europa.
Laura Maruster, Sfântul Apostol şi Evanghelist Ioan (‘De Heilige Apostel en Evangelist Johannes’: de Roemeense Kerk in Groningen)
De Dutch Church en Europa
Ruim zes jaar geleden werd ik predikant van de Dutch Church in Londen. Een bijzondere plek, want het is de moederkerk van protestants Nederland. In 1550 kregen protestantse vluchtelingen uit Europa de vrijheid een eigen kerk te beginnen in het hartje van Londen. Onder leiding van de Poolse reformator Jan Laski, een vriend van de Nederlandse Europeaan Erasmus, begon een groep Italiaanse, Franse en met name Nederlandse protestanten hun eigen Strangers’ Church. Aangezien 85 procent van die Europese vreemdelingen de Nederlandse taal sprak, werd die kerk al snel de Dutch Church genoemd.
Wat ik mooi vind aan die ontstaansgeschiedenis is dat het laat zien dat de band tussen het Europese vasteland en Groot-Brittannië, en Europese samenwerking, veel verder teruggaat dan wij vaak denken. Zelfs verder dan de 475 jaar dat wij volgend jaar als kerk bestaan. Zo was de Groningse abt Emo ruim 800 jaar geleden al ingeschreven als internationale student in Oxford.
Het is wat ik zowel Britten als Nederlanders hier in Londen vertel, als we spreken over Brexit. Die Brexit is uitermate vervelend, zeker voor Nederlanders hier in Londen. Het leven is voor hen ingewikkelder geworden. We proberen hen zo goed mogelijk te helpen, bijvoorbeeld bij het aanvragen van hun Settled Status, maar ik roep ook steeds dat we in lange lijnen moeten denken. Het feit dat wij al 475 jaar bestaan, laat zien dat met Brexit de oude banden tussen het VK en Europa niet zomaar verloren zijn gegaan.
Bertjan van de Lagemaat, dominee van de Nederlandse kerk in Londen
Naar Santiago de Compostela
Vanuit heel de wereld komen ze. De pelgrims onderweg naar Santiago de Compostela, naar het vermeende graf van Jacobus, de discipel van Jezus. De meesten beginnen aan de voet van de Pyreneeën in het Franse Saint-Jean-Pied-de-Port. Anderen vertrekken vanuit verschillende startplaatsen in Europa of vanaf hun huisadres.
Ik liep de pelgrimstocht, of anders gezegd de Camino, tweemaal. Niet vanuit Groningen, maar vanuit Le-Puy-en-Velay, een van de vier belangrijke startplaatsen in Frankrijk. Ik was ruim 1500 kilometer en 80 dagen onderweg naar Santiago.
Wanneer je de Pyreneeën over bent, en klimt naar ruim 1300 meter hoogte, ben je in Navarra, Spaans Baskenland, waar van de Tempranillodruif de beroemde Rioja-wijn wordt gemaakt.
Op het moment dat je in Spanje bent, voel je dat je welkom bent. Mensen groeten je onderweg met “Buen Camino”, goede reis betekent dat. De tocht wordt vanaf dat moment ook spiritueler, zelfs religieus, voor wie daarvoor openstaat. De kerken in de dorpen houden iedere avond een mis voor de pelgrims en vaak word je gezegend met de pelgrimszegen. De herbergen staan elke dag weer open om je te ontvangen, steeds meer op Donativo-basis, dat wil zeggen; betaal wat je missen kunt of wat je voor de volgende pelgrim wilt betalen. Bij vertrek word je soms omhelsd: “Goeie reis en bid voor ons in Santiago.”
Zo’n 200 kilometer voor Santiago is daar het ijzeren kruis, het Cruz de Fiero. Daar leggen veel pelgrims het steentje neer dat ze de hele weg al met zich meedragen en vaak van thuis hebben meegenomen. Als symbool van het loslaten van alles wat je hindert, belemmert of met je meedraagt aan verdriet en zorgen, en wat je wilt vasthouden aan liefde, hoop en geloof. Dit Cruz de Fiero staat op het hoogste punt van de Camino, waar de roofvogels door het luchtruim zweven, wat bij mij onbewust het lied van Huub Oosterhuis in gedachten bracht: ‘Die mij droeg op adelaarsvleugels’.
Dan is het nog een flinke bergrug voordat je de laatste 150 kilometer afdaalt naar Santiago. Op de Monte do Gozo (de berg van de vreugde), net voordat je de stad binnengaat, kun je uitrusten bij de twee grote pelgrimsbeelden (zie foto) en voel je je gezegend dat je bijna bent aangekomen. En daar ook komt het besef dat misschien de reis belangrijker was dan het doel. Die talloze ontmoetingen met mensen onderweg, de prachtige natuur, de liefdevolle ontvangsten in de herbergen, het was het meer dan waard, maar bovenal zo bijzonder.
Bert Bennink, Peperganger
Taizé in Ljubljana
Aan het eind van 2023 was ik in de hoofdstad van Slovenië, Ljubljana, voor de Europese Ontmoeting van Taizé. Taizé is een oecumenische kloostergemeenschap in Frankrijk die het hele jaar door elke week jongeren ontvangt en laat ervaren hoe het is om samen in het ritme van een klooster te leven. Het hele jaar door, behalve dan de dagen van 26 december tot 1 januari, want dan organiseert de gemeenschap een ontmoeting tussen jongeren in een Europese stad.
Daarom ben ik voor mijn tweede deelname (vorig jaar was ik in Rostock) naar Ljubljana gereisd, net als een paar duizend jongvolwassenen uit vooral Europa. En voor de ontmoetingen met deze mensen ging ik hiernaartoe. Tijdens mijn tijd in Ljubljana leerde ik mensen kennen, en je krijgt het gevoel dat je elkaar al veel langer kent. Dat je een connectie voelt met hen, zonder een woord te wisselen. Want op de een of andere manier is elk contact met elkaar waardevol en voel je je opgevangen in een groter geheel, een gemeenschap. Ik vraag me dan af: hoe zorg ik ervoor, als ik weer naar huis ga, dat iedereen iets van deze verbondenheid kan voelen? Ik kan nog geen antwoord verwoorden, maar ik ben in ieder geval van plan om komend jaar naar Tallinn te gaan, voor een flinke dosis verbondenheid.
Ben, student in Groningen
Verkwikt in dorre streken
Sinds 2017 kom ik met een onregelmatige regelmaat in de abdij van Westmalle, België (waar ze het gelijknamige bier brouwen). Dat eerste jaar was een soort stage, om te ontdekken wat het kloosterleven inhoudt. Ingetreden ben ik niet, en dat heeft alles met die monastieke stage te maken.
Misschien was het wel een ‘bevindelijke ervaring’, toen op een ochtend de tekstverwijzing Jesaja 58 vers 11 bij me opkwam. Daar zegt de profeet: “De HEER zal je voortdurend leiden, hij zal je verkwikken in dorre streken, hij maakt je botten sterk en krachtig. Je zult zijn als een goed bevloeide tuin, als een bron waarvan het water nooit opdroogt.”
Deze tekst heb ik als opdracht gelezen, om terug te gaan naar de samenleving en een ‘burgerbestaan’ op te bouwen, niet als monnik. Dit vers en het hele hoofdstuk van Jesaja wijst mij de weg om de maatschappij te dienen, om een bron te zijn voor mijn omgeving. Vanuit de dagelijkse hectiek en niet binnen de muren van een abdij of klooster.
Nog niet.
Frits Tromp, redactielid
De eerste gedoopte Europeaan
Uitvoerig wordt over de reizen van Paulus verteld in het bijbelboek Handelingen. De tweede zendingsreis brengt hem en zijn gezelschap naar Europa. Volgens het verhaal was dat aanvankelijk niet de bedoeling; gesproken wordt over een droom, een visioen – zoals geregeld dromen of visioenen nodig zijn om mensen in beweging te laten komen:
In Klein-Azië, in de kuststad Troas, kreeg Paulus ’s nachts een visioen, waarin een man uit Macedonië hem toeriep: “Steek over naar Macedonië en kom ons te hulp!” Het is dus een oproep aan Paulus om naar Griekenland, naar Europa te komen; uitdrukkelijk wordt het verhaal op deze manier verteld.
Na de oversteek naar Europa gaat het gezelschap naar de stad Filippi en op sabbat lopen Paulus en zijn mannen naar de rivier omdat ze daar een gebedsplaats vermoeden. Inderdaad, bij de rivier zijn een paar vrouwen en daarmee wordt een gesprek aangeknoopt. “Een van onze toehoorsters was een vrouw uit Tyatira die in purperstoffen handelde; ze heette Lydia en vereerde God. De HEER opende haar hart voor de woorden van Paulus. Nadat zij en haar huisgenoten waren gedoopt, nodigde ze ons uit.”
Opnieuw is er dus sprake van een uitnodiging, nu om in Griekenland, om in Europa te blijven. En in dezelfde zin staat het meest bijzondere: Lydia wordt gedoopt.
De allereerste Europeaan die gedoopt wordt is een vrouw en Paulus mag dat doen.
Tonko Ufkes