Begin zestiende eeuw kwam de Europese kerk in onrustig vaarwater. Verandering of verankering? De onrust leidde onder andere tot roerig doopwater. In dit artikel ga ik in op de context van de ‘wederdopers’. De voorlopers van de huidige doopsgezinden waar ik met Palmpasen mijn doop met belijden en water bekrachtig.
Bedding
Eind vijftiende en begin zestiende eeuw brak een andere tijd aan. Nieuwe werelden (o.a. Amerika) werden ontdekt en oude werelden, zoals de klassieke oudheid, werden herontdekt (Renaissance). Het feodale stelsel brak af en diverse partijen streden om de macht. Dankzij de handel kwam er welvaart en groeiden de steden. Evenzogoed was er kolonialisme en de opkomst van stedelijke broeinesten van ziektes, armoede en onrust. Het was een tijd van onzekerheid én technologische vooruitgang, waarbij de komst van de boekdrukkunst een belangrijke rol speelde bij de verspreiding van bijbelvertalingen en lekenspiritualiteit.
Kerk in onrustig vaarwater
Te midden van de veranderende tijden, kon de (katholieke) kerk niet voorkomen dat zij zelf ook in onrustiger vaarwater kwam. Hervormingsgezinden verspreiden met woord en daad een breed scala aan ideeën die niet bij iedereen op een warm onthaal konden rekenen. Velen bleven binnen de katholieke kerk, anderen wilden of moesten meer afstand nemen. Met name de hypocrisie van de clerus gaf aanleiding tot een volkse afkeer. Deze spitste zich in het bijzonder toe op de machtspositie die de clerus innam in het toebedelen van goddelijke genade door water, brood, wijn, olie en aflaat.
Water én vuur
Waarom kreeg dat water nou zo’n hoofdrol? Voor een deel omdat een groep mensen bij het zelf lezen van de Bijbel nergens iets las over de kinderdoop. Integendeel, het Nieuwe Testament wees hen herhaaldelijk op de volgorde van bekeren en dan pas dopen. Jezus zou dat hebben voorgeleefd door als volwassene, ongeveer dertig jaar oud, zich te laten dopen. Het is het eerste en één van de weinige levensgebeurtenissen in Jezus’ leven die in elk van de vier evangeliën genoemd wordt, waardoor het belangrijker leek dan geboorte en opstanding. De opdracht van Jezus aan zijn discipelen om eropuit te gaan, mensen tot inkeer te brengen en vervolgens te dopen sterkte hen in deze letterlijke bijbellezing.
Toch is dit een te eenvoudige argumentatielijn. Theologisch is er nog wel wat op aan te merken en er speelden ook andere zaken uit de ‘bedding’ mee. Zo riep de praktijk van het nog net even dopen van een stervende baby en het op ongewijde grond begraven van ongedoopte kinderen, veel weerstand op.* Ook andere kerkelijke praktijken riepen de vraag op in hoeverre de kinderdoop niet alleen vooruitliep op de bekering, maar kennelijk zelfs los is komen te staan van christelijke navolging.
Anders dan nu was het eeuwige zielenheil voor velen een belangrijk onderwerp. De kerk had hen veelal angstig gemaakt en de nieuwe tijd wakkerde ideeën over het einde der tijden aan. Tel daarbij op dat sommige mensen hun kans schoon zagen om eindelijk de macht te grijpen of meer autonomie te nemen, terwijl anderen zoveel leden of zo armoedig waren dat ze onder machtsclaims vandaan wilden komen. De toekomstaanspraak die de kerk met de doop op de inzet van ouders en het onmondige kind legden, kwam ter discussie te staan. In zo’n context veranderde water in vuur, bijvoorbeeld in Zurich.
Zurich – een waterscheiding
De doop had een sacramentele lading en werd juist daarom een kruispunt van hedendaagse stromingen. In de eerste plaats niet door een ‘wederdoop’, maar door ervoor te kiezen om een kind niet te dopen. Een groepje volgelingen van de Zwitserse hervormer Huldrych Zwingli had eerst al de vasten gebroken door worst te eten en wilde de tienden-belasting weigeren. Vervolgens waren er enkelen die hun kind niet wilden laten dopen. Dit was de inmiddels protestants geworden stedelijke overheid (én ook Zwingli!) een stap te ver, waardoor zij een ultimatum stelden en zich bijzonder intolerant opstelden. In die context vond bij het aflopen van het ultimatum op 21 januari 1525 de eerste ‘wederdoop’ plaats.
Uitmonden
Vervolging en geweld lagen al snel op de loer, omdat verschil van inzicht zowel door de protesterende groepen als de katholieke kerk als bedreigend werd beschouwd. Critici van de hervormingsgezinden zagen, toen een gewelddadige groep van de wederdopers in Münster het nieuwe Jeruzalem probeerden te vestigen, zich in hun veroordeling bevestigd. Bedreigend voor de orde; een imago waaronder ook de meer vredelievende ‘wederdopers’ lang hebben geleden. Omdat de ‘wederdoop’ werd gezien als eerste stap in de navolging van Jezus, zelfs tot in de dood, ging er van de vervolging en de groeiende lijst van doperse martelaren een bijzondere aantrekkingskracht uit.
Verwatering
Natuurlijk is er meer te zeggen over theologische argumenten voor en tegen de ‘wederdoop’. Voor mij is echter met de wijziging van de tijdsbedding een deel van de discussie ook verwaterd. In 2012 is er nog een verklaring over erkenning van en een verklaring over toenadering rondom de doop getekend tussen enkele kerkelijke tradities, maar daarvan zal bijna niemand nog denken dat men water ziet branden. Wat wel constant is, is dat de tijden opnieuw aan het veranderen zijn. Daarom: weder doop je (of dompel je onder) in de vragen die deze tijd ons stelt.
* Desondanks bleef dit tot de jaren zestig van de vorige eeuw gebeuren.