Afgelopen zondag was ik in de Martinikerk voor een viering. Ik was blij er weer te zijn. Hoe mooi het ook is dat er online vieringen bestaan als je niet bij elkaar kunt komen, het haalt het niet bij in de kerk zitten. Al is het maar omdat je zittend in de kerk het orgel niet alleen hoort maar bijna voelt, omdat de camera niet precies naar het glas-in-loodraam draait als jij zin hebt om naar dat lichtspel te kijken. Deze zondag was er Avondmaal met wijn. Dat was bijna twee jaar geleden. Achter mijn computer eet ik geen brood, drink ik geen wijn en sta ik niet in een kring met mensen die ook naar de stad gefietst zijn om eeuwenoude verhalen te horen.
Afgelopen zondag hoorde ik voor het eerst onze nieuwe studentenpastor voorgaan en dat voegde wat vreugde aan de morgen toe want het was een mooie, vreugdevolle viering. Het is nu donderdag en wat er deze week is blijven hangen uit die viering was een couplet uit het tafelgebed dat we nog niet eerder zongen:
Gezegend zij die vrienden zijn
elkaar een steun en toeverlaat
die delen brood en leven
die heiligen Uw naam.
Het raakte me, het benoemen van vriendschap als belangrijk in het leven. Ik heb een man en kinderen en ouders die nog leven maar zelfs voor mij zijn vrienden onontbeerlijk en een steun en toeverlaat. Voor wie single is, geldt dat vermoedelijk nog sterker. Ik voel me gezegend in mijn vriendschappen en ik hoop dat ik in vriendschappen soms een zegen ben.
Je verprutst het soms. Zo gaat het in het leven. Mensen die ooit heel belangrijk waren raken meer op de achtergrond. Nieuwe mensen bieden dingen die je niet wist dat je nodig had maar de vrienden die je steun en toeverlaat zijn en voor wie jij dat kan zijn, zijn zo belangrijk! Het ontroerde me om die band die van zo wezenlijk belang is in het leven, en zo weinig officiële status heeft, in de kerk benoemd te horen worden.
Ik heb ooit, in een periode waarin ik niet goed in mijn vel zat, de vriendin die er al sinds mijn vierde is de laan uit willen sturen. Mijn toen tienjarige dochter keek ernaar, schudde haar hoofd en pleegde een interventie. Dat zal ik nooit meer doen. Ik heb die vrouw nodig en zij mij en wij horen bij elkaar sinds onze kleuterschooljuf ons vertelde dat we in plaats van in elkaars ogen prikken misschien maar vriendinnetjes moesten worden.
In de kerk zitten ook vrienden. Mensen uit hetzelfde leesclubje waar we twijfels, aarzelingen, angsten, vreugde en borrelnoten delen. Een alternatief avondmaal waar ik altijd van oplaad. Er is een reden dat ik op donderdag nog die zinnen in mijn hoofd heb:
Ik ben gezegend met mijn vrienden!